De Vrije School Meppel is in 1989 gebouwd onder organische architectuur. De rood en wit geschilderde kozijnen en deuren geven de school een speels karakter. Deze school was het eerste organische gebouw in de gemeente Meppel. De bouw van de school was in handen van verschillende bedrijven uit Meppel en de afbouw is voor een groot gedeelte door ouders uitgevoerd. Bij de uitvoering van de bouw is zoveel mogelijk gewerkt met natuurlijke materialen en er is geschilderd met ‘natuurvriendelijke’ verf. Er ligt al vanaf de bouw een plan voor de aanbouw van twee extra klaslokalen, die bouw is gestart in herfst 2008 en was af in oktober 2009. Het gebouw is nu af. Het gebouw staat in een rustige straat, op 5 minuten loopafstand van het N.S. station.
Achtergrond organische bouwkunst:
Aan het begin van de vorige eeuw ontwikkelde Rudolf Steiner een geheel nieuwe pedagogie. Na de eerste wereldoorlog heeft hij zijn ideeën en theorieën ten aanzien van de ontwikkeling van de mens in de openbaarheid gebracht. In 1919 werd de 1e Vrije Waldorfschule opgericht. Van de filosofie van Rudolf Steiner is ook een bouwvorm afgeleid: de organische bouwkunst. Bij deze bouwkunst wordt sterk de nadruk gelegd op het beleven ervan. Bij het ontwerp wordt sterk uitgegaan van de gedachte waar het gebouw voor dient: kantoor, bank, ziekenhuis, school enz. Het gebouw moet de mensen omhullen, ze moeten er zich thuisvoelen.De vormgeving kent afgeronde hoeken en weinig haakse hoeken. Steiner zelf heeft verschillende gebouwen ontworpen o.a. in Dornach [Zwitserland] staan het Duldeckhuis en het Goetheanum 2. Deze gebouwen zijn voorbeelden voor architecten die zich bezighouden met deze bouwkunst.
Meer over het gebouw:
Het gebouw is in 1989 opgeleverd. En is onder architectuur van de heer Aart Oostergetel gebouwd. Het was voor hem het 1e organisch vormgegeven gebouw, ook hij heeft zich moeten verdiepen in de achtergronden van deze bouwkunst.
Veel elementen in het schoolgebouw hebben een symbolische betekenis. Daar waar alle lijnen van de school bij elkaar komen is een rechtstreekse verbinding tussen boven en onder: staande in de hal van de school zie je in het plafond een “gat”, wanneer je daar naar boven kijkt zul je ontdekken dat het een open verbinding naar buiten is, omhuld door een glazen pilaar.
Deze glazen pilaar, die eigenlijk het kruispunt van alle lijnen aangeeft, staat symbolisch voor het hart van de school, het is vandaar dat op de verdieping aan de pilaar gebouwd zich de lerarenkamer bevind. Op het punt waar je naar boven stat te kijken, ligt onder je voeten in de aarde begraven een speciale grondsteenspreuk in een koperen vorm begraven, de grondsteenspreuk is een spreuk die ingegraven werd op het moment dat er nog een grote bouwput was, het ging vooraf aan veel arbeid.
Bij het bouwen van de school was er zicht op 2 kleuterklassen en 5 lagere schoolklassen. De 1e klas is zo gebouwd dat het apart van de kleuterklassen is en apart van de lagere schoolafdeling. Middels een patio is er nog verbinding naar de kleuterklassen terwijl de ramen aan de andere kant van dit 1e klaslokaal naar buiten kijken: de lagere schoolafdeling. De kleuterafdeling heeft zijn eigen vormgegeven dak: dit geeft aan dat de kleuters iets anders komen “halen“ op school dan de andere klassen.
De vormgeving van de lokalen in de lagere school, is zo dat op het punt waar de meeste aandacht naar toe gaat, voorin de klas, de muren uitlopen, om daarna weer toe te lopen.
De vormgeving van de lokalen van de kleuterafdeling is een vijfhoek: een erg omhullende vorm, waar het voor kleuters goed toeven is.
